Onderhande aktes kunnen gelijk waar, gelijk wanneer en door gelijk wie opgemaakt worden. Er zijn echter regels vastgelegd die overeenkomsten bewijsbaar maken tegenover derden, namelijk de bepaling van een vaste datum.
Artikel 1328 van het burgerlijk wetboek bepaalt dat er drie mogelijkheden zijn waardoor een onderhandse akte een vaste datum verkrijgt.
- Door registratie ervan op het bevoegd registratiekantoor.
- Door het overlijden van een van de ondertekenaars (datum overlijden wordt dan vaste datum).
- Door de opname van (het grootste deel van) de inhoud in een authentieke akte.